30 dec 2010

Bezoekjes, altijd leerzaam

Een tijdje terug schreef Kelly deze tekst over een paar bezoekjes bij familie uit de sloppenwijk.

Ik kwam net thuis van een visite, em moet schrijven. Ten eerste om mijn gedachten en emoties op een rijtje te zetten, en, ten tweede, om de wereld (of beter gezegd de mensen die onze blog lezen) te vertellen wat we hier zien en beleven.

Maar, om te beginnen zal ik eerst wat vertellen over een huis waar we gisteren op bezoek geweest zijn. Het is een huis waar ik al eens eerder op bezoek was geweest, en ik kende het verhaal van de mensen die daar onder dat dak overleefden al een beetje. Een “sufferd” (volgens de moeder) van een vader, de moederer en een heleboel kinderen (9). De vader is erg afwezig, ik heb hem nog nooit gezien, maar ik hoor alleen negatieve dingen over hem. De moeder heft al een hele tijd het gezag over haar kinderen verloren. Ze doen wat ze maar willen, er is helemaal geen respect. Ook aan de moeders kant is er geen enkel teken van liefde, geen positieve woorden, niets. Geen enkel teken van interesse in de moeder voor haar kinderen.

De moeder verteld altijd het zelfde verhaal: ze is ziek geweest, spuugt bloed uit, en heeft meerdere gezondheidsproblemen, “maar het gaat al beter”, zegt ze dan. Ik ben geen dokter, maar als het waar zou zijn dat ze alles heeft wat ze zegt dat ze heeft dan zou ze of in het ziekenhuis liggen, of al lang overleden zijn. Maar nee hoor, ze is springlevend, en drinkt haar jenever lekker door. En van de grootste problemen in deze familie is dat de jongste dochter, 6 jaar oud, nooit geregistreerd is, en (ook) daarom niet naar school gaat. Ze zou dolgraag naar school willen, maar dat kan niet want ze bestaat voor de wet niet. De uitelg voor zo’n situatie? De vader is te lui om te gaan en de moeder wild at de vader het doet. Em met dat “spelletje”gaan ze de dagen door, terwijl het kleine meisje met de gekrulde haren em de grote bruine ogen eigenlijk nog steeds niet “bestaat”.

Gedurende nos bezoekje hoorde ik de kinderen ruzie maken om een gebakken ei. Het was 3:00 uur ‘s middags in de brandende zon van Belo Horizonte, en ze warmden wat rijst en bonen op om de honger te stillen. Het leek er even op dat het op klappen uit zou lope nom 1 miezerig eitje. Even later kwam het kleine maisje de keuken uit met een bordje met wat rijst, een paar bonen en een klein stukje ei. Ik heb nog steeds geen woorden voor mijn gevoelens op dat moment. Toen we vertrokken zagen we erg veel mensen drugs gebruiken. Ze zaten gewoon op de stoep, te niksen.

Ik kijk ze in de ogen en zie geen hoop meer.

De dag erna gingen we op bezoek bij een gezin dat het huis kwijt geraakt was door de regen. Het huis, dat al lang niet al te best was, hield het niet vol met de harde regen en storte in. We danken de Heer dat niemand zich bezeerd heft. Ze wonen momentel in een opvanghuis van de overheid. We reden meer dan een half uur Rond om het adres eindelijk te vinden. Toen we aankwamen deed het me erg denken aan een film. Je weet wel, die vluchtelingen kampen die je alleen in de film ziet? Zo zag het er ongeveer uit. Een hele boel mensen lagen rond hun “huisjes”, em deden niets. Eindelijk kwamen we Elza* (*niet haar ware naam) tegen, en ze nodigde on suit binnen te komen in haar nieuwe, tijdelijke huisje, waar ze, met de andere 8 mensen die deel uit maken van haar gezin, woont. Joyce, die al een tijdje met dit gezin werkt, Wilde het met Elza hebben over het opbouwen van haar huisje, want samen met andere projecten in de wijken willen we dat doen. Maar we willen wel dat Elza en haar gezin meehelpen met het bouwwerk, en niet het idee krijgen dat ze alles maar zomaar krijgen.




Eerst leek ze er niet veel voor te voelen, maar uiteindelijk stemde ze toe. Het was vreemd dat ze, om de 5 minuten, opstond en wegliep naar de keuken en even later weer terug kwam. Maar even later roken we wat er aan de hand was, ze liep de keuken in om gauw een paar slokken sterke drank te nemen. Aan het eind van het gesprek was ze er al niet echt meer bij. Het was een erg trieste situatie. Kleren, overal op de vloer, vieze borden met etensresten er tussen, vliegen, rommel, kinderen, alles maar door elkaar. Nergens hoop of vreugde… Voor mij is het moeilijk thuis te komen na zo’n situatie te zien. Het doet me pijn te zien en in te denken dat het hun leven is. Dag in en dag uit, elke dag. Tot op het moment date r geen hoop meer over is. Ze wachten en hopen maar dat ze iets zullen krijgen en zo OVERleven ze (want dit is geen leven).

Ik weet dat God situaties kan veranderen, en dat Hij alleen een ware verandering in een leven kan brengen. En daar blijf ik in geloven. Maar hoe kunnen deze mensen dat zien? Hoe kun je hun gedachten en geloofssysteem veranderen? Em dan merk je ineens dat theorieen, alles wat jê bestudeert hebt, alle boeken die je gelezen hebt zo weinig zijn.

Mijn gebed is dat God leven mag brengen in de vallei van droge botten en hoop mag geven aan deze gezinnen. Ik bid ook voor hoop voor mijzelf. Dat te midden van dit verdriet, lijden en armoede, mijn ogen gericht mogen zijn op “het Koninkrijk van God, em Zijn gerechtigheid”, de God van de armen em lijdende, de Almachtige God die verder em dieper gaat dan de situaties die wij zien...

Geen opmerkingen: